De noorse pianist
Håkon Austbø is nu al meer dan 50 jaar actief. Hij maakte zijn debuut op
veertien-jarige leeftijd als solist bij het Filharmonisch orkest van Bergen en
met een recital in Oslo. Met zijn belangwekkende repertoire en zijn ongewone
veelzijdigheid heeft hij zich inmiddels een geheel eigen plaats in het
muziekleven veroverd.
Het meest is hij
wellicht bekend als vertolker van het oeuvre van Olivier Messiaen, met wie hij
heeft gewerkt en dus een van de weinig dragers is geworden van een authentieke
uitvoeringspraktijk. Hij is ook een fervente voorvechter geweest van de muziek
van Aleksandr Skrjabin. Opvallend genoeg waren deze beide componisten met het
fenomeen kleuren in muziek bezig, een onderwerp dat ook Håkon Austbø uitgebreid
onderzocht heeft, eerst door in de jaren 90 de eerste authentieke uitvoering
van de kleurenstem in Skrjabins Prometheus in Nederland te
realiseren, later door in 2012/13 nieuwe kleurenstemmen in Messiaen uit te
werken. Dit laatste project is recentelijk gepubliceerd.
Zoals het werk met
kleuren een link met de beeldende kunst vormt, heeft Austbø, lang voordat
interdisciplinair werken een trend werd, grenzen overschreden. Hij heeft zo met
dichters, acteurs, choreografen (Jiri Kylián) en jazzmusici gewerkt, vaak op
innovatieve wijze. Ook heeft hij met talrijke componisten gewerkt, zoals, behalve
Messiaen; Arne Nordheim, Peter Schat, Elliott Carter en Rolf Wallin.
Het zoeken naar de
kern van de muziek bracht hem tot eigen inzichten en heeft geleid tot het
research project The reflective musician binnen de
muziekhogeschool van Oslo. In dit project zocht hij, samen met een ploeg musici
en musicologen, naar de kennis die nodig is voor het ontwikkelen van genuine
interpretaties van klassieke muziek, zonder de ballast van traditie.
Het gros van zijn
leven - bijna 40 jaar - bracht Håkon Austbø door buiten Noorwegen, daarvan ruim
30 in Nederland, na studies in Parijs, New York en München. Hij was in
1970 de eerste niet-Franse die de eerste prijs van het "Concours de la
Guilde Française des Artistes Solistes" in Parijs won, en zijn
internationale doorbraak kwam nadat hij het jaar daarop in Royan de eerste
prijs van het Olivier Messiaen-concours voor hedendaagse muziek behaalde. Hij
behoorde ook tot de prijswinnaars bij het internationale concours te München
(1974, in piano-duo met Marina Horak), bij het Ravel-concours in Parijs (1975)
en bij de UNESCO-tribune te Bratislava (1975, met het Trio du Nord).
Zijn meer dan 40 CD’s,
gemaakt voor diverse labels, genieten internationale waardering. Hij heeft
meermaals de Noorse platenprijs gekregen en won in 1998 de Edison-prijs voor zijn opname van
Messiaens Catalogue d’Oiseaux.
Håkon Austbø ontving in 1989 de prijs van de Noorse
muziekcritici en werd in 1992 uitgeroepen tot "vertolker van het
jaar" aldaar. Hijn won ook de Grieg prijs in 2003, en werd
in 2013 onderscheiden met de Franse "Légion des Arts et des Lettres".
Zijn pedagogische
activiteiten weerspiegelen ook zijn veelzijdigheid. Zo was hij hoofdleraar
aan de conservatoria te Utrecht en Amsterdam, en daarna professor in Stavanger
en Oslo. Hij blijft masterclasses en lezingen naast zijn concerten door de hele
wereld houden.